BRAVOK

Bij het halen van je motorrijbewijs, staat veiligheid centraal.
De BRAVOK is een afkorting voor de onderstaande informatie.
Deze informatie is cruciaal en zorgt ervoor dat je met een veilige motor de weg op gaat!

Banden

Bij banden let je op de volgende onderdelen:

  1. Slijtage: Controleer of de banden gelijkmatig zijn afgesleten en nog voldoende profiel hebben.
  2. Profiel diepte: De wettelijke minimale profieldiepte is 1 mm, maar het advies is om minimaal 2 mm aan te houden voor betere grip en veiligheid.
  3. Bandenspanning: Zorg dat de bandenspanning op het juiste niveau is, zoals aangegeven door de fabrikant. Check de spanning vóór het rijden!
  4. Ventieldopje: Controleer of het ventieldopje aanwezig is, dit helpt om het ventiel schoon en in goede staat te houden.

Remmen

Bij remmen let je op de volgende onderdelen:

  1. Remdruk: Zorg dat de remmen goed reageren bij het indrukken, zonder te slap of te stroef aan te voelen.
  2. Remvloeistof en remblokken: Controleer op eventuele lekkages en kijk of de remblokken niet versleten zijn.
  3. Remschijven dikte: Meet de dikte van de remschijven; als ze te dun zijn, is vervanging nodig voor een goede werking.
  4. Remblokken dikte: De remblokken moeten voldoende dikte hebben om veilig te kunnen remmen.

Accu

BIj het controleren van de accu let je op de volgende onderdelen:

  1. Accu goed vastzetten: Controleer of de accu stevig vastzit om ongewenste beweging tijdens het rijden te voorkomen.
  2. Goede aansluiting: Zorg dat de aansluitingen stevig en goed aangesloten zijn, zodat er een stabiele stroomvoorziening is.
  3. Accu level controleren: Kijk of de accu voldoende opgeladen is voor betrouwbaar starten.

Verlichting en vering

Bij deze groep let je op de volgende onderdelen:

  1. Verlichting: Controleer of alle lichten (koplampen, achterlichten, richtingaanwijzers) goed werken.
  2. Vering: Zorg dat de vering niet lekt en goed functioneert voor optimale wegligging en comfort.
  3. Een lekkende verpoot kan ervoor zorgen dat je remmen onbruikbaar worden.

Olie

Bij het controleren van het smeersysteem let je op de volgende onderdelen:

  1. Controleer oliepeil: Zet de motor rechtop om een nauwkeurige peiling te krijgen.
  2. Olie bijvullen: Vul niet te veel olie bij; het juiste niveau is belangrijk voor de motorprestaties.

Ketting

Bij het controleren van de ketting let je op de volgende onderdelen:

  1. Smeren: Zorg dat de ketting goed ingevet is, vooral na het tanken, om slijtage te verminderen.
  2. Speling: De ketting moet ongeveer 2 cm speling hebben in onbelaste toestand.
  3. Tandwielen: Controleer de tandwielen; als ze puntig zijn, betekent dit slijtage en moeten ze mogelijk vervangen worden.